Trombose

We spreken van trombose als een bloedpropje een ader of slagader afsluit. Dit gebeurt doordat het bloed gaat stollen. Stollen is nodig als u een wondje heeft, dat na enige tijd moet stoppen met bloeden. Maar bij sommige mensen werkt het stollen niet goed. Het bloed gaat dan stollen, terwijl dit niet nodig is. Dan ontstaat er een bloedpropje, wat kan leiden tot onder meer: 

• Een herseninfarct: de symptomen zijn onder andere een scheve mond, zwakte of verlamming van een arm en/of been, verward praten.
• Een hartinfarct: er gaat onvoldoende zuurstof naar de hartspier. Dit geeft onder andere een drukkend gevoel op de borst en pijn in de linkerarm.
• Longembolie: plotseling kortademig, flauwvallen, bloed opspugen.

In alle gevallen is trombose gevaarlijk en kunt u er zelfs aan overlijden. Om te voorkomen dat u trombose krijgt, neemt u bloedverdunners.